Page 110 - De Jaren 80 - Deel I (1980-1984)
P. 110

nemen. Het is een bedrijf zo’n gezin. Zo run ik dat.   The family is an enterprise. I run it that way. When I am
        Wanneer ik aan het werk ben word ik niet gestoord,     working I am not disturbed, everybody is used to that.
        iedereen is daaraan gewend. Mijn atelier is in huis, om in   My atelier is in the house in order to be easily reachable
        ieder geval toch makkelijk bereikbaar te zijn en geen tijd   at least and not to loose time in going to and from
        te verliezen aan pendelen van en naar een atelier. Op den   the atelier. On the long run you develop the discipline
        duur ontwikkel je een discipline om ideeën voor je werk   to hang on to ideas for your work, I have no difficulty
        vast te houden, daar heb ik geen moeite mee. Mijn man   with that. My husband and I have an alternating shift in
        en ik hebben een wisseldienst in het huishouden, om de   housekeeping every so many years. At the moment he
        zoveel jaar. Nu doet hij het huishouden en daarnaast zijn   does the housekeeping next to his work. With everything
        werk. Met alles wat het huishouden met zich meebrengt,   that is included, so also washing, cooking, shopping, he
        dus ook de was, koken, boodschappen doen, hij doet     does it well and with pleasure. We try to divide it as well
        het heel goed en met veel plezier. We proberen het zo   as possible. Now, I would like to work undisturbed in my
        goed mogelijk te verdelen. Ik zou het nu wel ideaal vinden   atelier a couple of years.
        om eens een paar jaar ongestoord in mijn atelier door te
        kunnen werken.

        • Het kan ook een voordeel zijn dat je niet constant aan   • It also can be advantageous that you are not
        het produceren bent. Dat je afstand moet nemen van je   continuously producing. That you can distance yourself
        werk.                                                  from your work.

        Ik weet wel wat je bedoelt. Je kunt niet altijd doorgaan   I know what you mean. You can’t always keep going with
        met werken, je moet ook leven, kunst is op het leven   your work, you also have to live, art is grafted onto live,
        geënt, nu, dat heb ik dan de afgelopen twee jaar flink   well, I have done that a lot in the past years. But I do not
        gedaan. Maar ik haal mijn werk niet uit de maatschappij,   get my work from society, I only get a deep anger from it
        ik doe daar alleen maar een diepe woede op waar ik     with which I can’t do anything, therefore I shift my point
        verder niets mee kan, dus ik verleg mijn concentratiepunt   of concentration literally and figuratively to my atelier.
        letterlijk en figuurlijk naar mijn atelier.

        • Maar heb je geen following-up gehad met je werk?     • But did you not get a follow-up with your work?

        Daar zag het wel even naar uit. Beloftes of dingen     It looked like that initially. Promises or things that one
        die misschien ooit nog eens gaan gebeuren in de        day might pass in the future are no reality for me, I do
        toekomst zijn voor mij geen realiteit, daar maak ik    not make myself dependent on that. I can only work
        me niet afhankelijk van. Ik kan alleen bouwen op       with real agreements. I did ask myself if it would not
        echte afspraken. Ik heb me wel afgevraagd of het niet   be better to stop, but due to an invitation of the Haags
        beter was te stoppen, maar door de uitnodiging van     Gemeentemuseum I landed with both legs on the ground.
        het Haags Gemeentemuseum ben ik weer met mijn          In April there will be an exhibition of new work and I will
        benen op de grond gekomen. In april komt daar een      participate in a group exchange show in the context of
        tentoonstelling van nieuw werk en ik doe mee aan       Amsterdam-Berlin.
        een groepsuitwisselingstentoonstelling in het kader
        Amsterdam-Berlijn.

        Els de Groot, Modern Denken, 1983, Juli, Nr.5          Els de Groot, Modern Denken no. 5, July 1983





























                                                           102
   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115