Page 34 - 1968 ... 2013 Soft Living Room
P. 34
Op 1 december 1969 gaat het gebouw weer open maar nu onder de naam meditatiecentrum De
Kosmos waar de nadruk komt te liggen op spirituele introspectie en yoga. Toch blijft de herin-
nering aan de Soft Living Room bewaard afgaande op een artikel in de Aloha van 1971 waarin
sprake is van een Soft Room: ‘We gaan naar boven. Een audiovisuele kamer, waar oosterse
muziek wordt gedraaid en dia’s worden vertoond. Daarnaast de soft room. Helemaal gevuld met
een lekkere laag schuimrubber.’ Kennelijk maakte de installatie zozeer deel uit van de vroegere
inrichting dat de naam van het werk behouden blijft voor een plek waar je op de zachte vloer
ontspannen kon liggen loungen of chillen, zoals dat nu genoemd zou worden. Die functie komt
overeen met wat de Soft Living Room in Fantasio had: een zacht landschap om pop muziek te
beluisteren en dichter bij de kunst te komen, erin te wonen als het ware. Een sociale sculptuur,
een ludieke ruimte om kruidenthee te drinken, naar muziek te luisteren, te relaxen en de geest
te verruimen.
Wat het lot van die eerste Soft Living Room ook was, het werk had inmiddels een vervolg
gekregen in de kunstwereld. Tijdens de tentoonstelling in Haarlem vraagt Benno Premsela
Maria van Elk om voor de Textiel Biennale in Lausanne de SLR opnieuw te maken. Op 20
oktober 1968 stuurt Maria een brief naar Lausanne met een verzoek om deelname waarin zij
haar plan voor een Soft Living Room uiteenzet in negen punten. Haar uitgangspunt is dat de
kunst ontoegankelijk is geworden, dat de mensen er geen deel meer aan hebben. Daarom stelt
zij voor een ruimte te maken waarin men collectief kan ontspannen.
Op 5 december volgt de toestemming uit Lausanne. De toekenning van een materiaalsub-
sidie en een reisbeurs van CRM en de beschikking over een groot atelier op het Prinseneiland
van het Stedelijk Museum, stellen haar in staat om een nieuwe Soft Living Room te maken en
daarvoor betere materialen (kunstbont, massief schuimplastic, satijn en meubelplaat) te gaan
gebruiken. SLR 2 krijgt een diameter van vier meter en is twee meter hoog. Er komen acht
sculpturen in te staan, verplaatsbare heuvels van gemodelleerd schuimplastic, bekleed met
kunstbont. De wanden zijn bekleed met satijn. Daarop is in zwart/wit een geabstraheerde voor-
stelling van golvend water en heuvels te zien. Aan de bovenkant is er een bespanning van witte
kunstzijde, de vloer is zwart. Maria gebruikt deze keer geen kleur zoals in Haarlem. Die eerste
SLR werd in haar ervaring teveel beschouwd als een modieuze zitkuil en als een speeltuin voor
kinderen die er gillend in rondsprongen, terwijl het haar bedoeling was een zacht landschap te
scheppen om in te kunnen verdwijnen uit een samenleving waarin veel zaken op losse schroeven
werden gezet en grenzen werden verlegd. Letterlijk ‘een zachte huiskamer’, een ontspannings-
kamer die de functie heeft de massa in direct contact te brengen met de kunst en zich bewust
te maken van de mogelijkheid tot ontspanning in zichzelf. Een environment waarin je niet hard
maar zacht valt zoals Alice in Wonderland achter de spiegel.
Om het idee van bezinning te benadrukken is de toegang van de SLR 2 beperkt tot een kleine ovaal.
Ook de zwart/wit kleurstelling is gericht op bezinning, op het overdenken van de éénheid van twee
tegendelen, licht en donker, die elkaar afstoten maar zonder elkaar niet bestaan. De lichtval is indi-
rect en de muren en het plafond zijn van ‘geruststellend’ satijn. In een interview met Erik Beenker
in de Volkskrant van 4 januari 1969 herhaalt zij wat haar motieven zijn met haar SLR zoals zij die
eerder in haar brief aan Lausanne omschreef. Dat het is bedoeld als een ontspanningsruimte waarin
de mensen weer met kunst in contact worden gebracht en zich van zichzelf bewust worden. ‘Je hoort
zachte geluiden zoals zuchten, je hartslag, ademen, neuriën, mummelen. Het heuvellandschap in die
besloten ruimte verandert voortdurend. Het lichaam ontspant zich en de geest blijft bezig.’
32